Integrale kijk op bereikbaarheid

De ‘klassieke’ benaderingswijze van mobiliteits- en bereikbaarheidsvraagstukken sluit steeds minder goed aan op de maatschappelijke discussie over ruimtegebruik, mobiliteit en duurzaamheid. Want er is meer dan alleen het optimaliseren van reistijd en het tegengaan van congestie.

Dit probleem is op heldere wijze geschetst in het rapport van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (Rli), getiteld Naar een integraal bereikbaarheidsbeleid. Een reactie vanuit het Kabinet is onder andere het vervangen van de Nationale Markt- en Capaciteitsanalyse (NMCA) door de Integrale Mobiliteitsanalyse die veel meer aspecten meeweegt.
Het meenemen van andere maatschappelijke opgaven, zoals klimaatverandering, luchtkwaliteit, volksgezondheid, inclusiviteit en circulariteit, of het inzichtelijk maken van de effecten van mobiliteitsbeleid op de verdeling van welvaart is niet makkelijk.
 
Verschillende partijen werken inmiddels aan het verbreden van beleidskaders en afwegingsmethoden. Op het terrein van mobiliteit gebeurt dit nog te weinig. Intussen vraagt de politiek aan decentrale overheden om deze verbreding wel toe te passen. En ook de Rli heeft de rijksoverheid geadviseerd om meer te sturen op ‘brede welvaart’. Het PBL heeft inmiddels een verkenning uitgevoerd en geconstateerd dat er nog veel werk nodig is om brede welvaartsbegrippen te vertalen naar de alledaagse praktijk van de ruimte- en mobiliteitsprofessional.
 
Het KpVV-thema Integrale kijk op bereikbaarheid probeert op meerdere manieren te voorzien in de behoefte aan handvatten om binnen het vakgebied te kunnen werken met bredere welvaartsbegrippen.
 
Overheden, wetenschap en adviesbureaus onderkennen de uitgangspunten van het Rli-rapport. Daarvoor is het nodig om een nieuwe, gedragen zienswijze te ontwikkelen op bereikbaarheidsvragen en de relatie met andere maatschappelijke problemen en ontwikkelingen. Dit betekent dat er gezamenlijke, collectieve kennis moet worden ontwikkeld op drie niveaus:
  • Invullen van het begrip ‘brede welvaart’ voor het mobiliteitssysteem
  • Meewegen van andersoortige oplossingsrichtingen en analysekaders, bijvoorbeeld de effecten van Smart Mobility-oplossingen. Ook gaat het om interventies op allerlei vlakken, zoals bij ruimtelijke spreiding van activiteiten, bij marktordening en welvaartsverdeling en interventies die ingrijpen op het socio-technische systeem.
  • Ontwikkelen en toepassen van instrumenten om over de analyses en beleidskeuzes te kunnen communiceren.
 

Activiteiten vanuit het KpVV-programma

De activiteiten vanuit het KpVV-programma spitsen zich toe op de volgende drie aspecten die verder worden uitgewerkt in projecten:
  1. Nadere onderbouwing van de noodzaak tot een nieuwe kijk op mobiliteit.
  • Vooralsnog is het Rli-kader voldoende om de noodzaak te onderbouwen. Het ‘scannen’ van de omgeving op nieuwe argumenten en onderbouwing blijft wel gewenst en noodzakelijk.
  1. Operationalisatie van het begrippenkader mobiliteit binnen brede welvaart.
  • Hierbij gaat het om de uitwerking van ruimtelijke, sociale, economische, duurzaamheids- en mobiliteitsaspecten op beleidsniveau (Omgevingsvisie) en de uitwerking van aspecten op kwalitatief (sectoraal) beleidsniveau (programma’s). Verder is kwantificering ten behoeve van (open) modelontwikkeling nodig en zullen we in algemene zin verdere kennishiaten signaleren en gericht onderzoek en ontwikkeling stimuleren.
  1. Praktijktoepassingen en leeragenda.
  • Hierbij gaat het om het verzorgen van inspiratiesessies over toegepaste methoden in regio’s, de ondersteuning van kennisdeling vanuit regionale pilots en praktijkcases en zorgen voor een open ontwikkelomgeving waarin methoden, technieken en software-oplossingen kunnen worden gedeeld, getoetst en becommentarieerd.
In 2021 is vooral gewerkt aan het operationaliseren van begrippen als ‘sociale inclusiviteit’ en de relatie tussen nabijheid en bereikbaarheid. Daarbij is gebleken dat als beter onderscheid wordt gemaakt naar doelgroepen in een gebied, de bereikbaarheidsanalyses veel genuanceerder en gelaagder zijn en er heel andere economische en ruimtelijke vraagstukken ontstaan.
Verder hebben we de basis gelegd voor het project ‘Betalen naar gebruik’ waarbij we een pilot in Noord-Nederland faciliteren.
 
Resultaten die komen uit deze activiteiten richten zich op een ingerichte leeromgeving en het ontwikkelen van een open modelomgeving. Bij de leeromgeving betrekken we overheden en de wetenschap, gaat het om beschikbaar stellen van voorbeelden, publicaties, definities en begrippen, methoden en technieken, experimenteren we en wisselen we onderling ervaringen uit.
© Copyright 2024 Kennisprogramma Verkeer en Vervoer - Privacy statement - Cookie statement - Disclaimer - Voorwaarden - Beheer door
Scroll naar boven